een tripje naar afghanistan

Woensdag 30 November 2005 in categorie Schandelijke taferelen

Zijn ministers wel in staat om een stukje achteruit te lopen en van een afstandje eens naar hun eigen beleid te kijken? Dat leidt tot een beter totaaloverzicht en als het goed is tot diepere inzichten.
Neem minister Kamp van defensie. Hij wil graag elfhonderd man naar Uruzgan sturen, een gebied in Afghanistan waar nog altijd stevig wordt geknokt. Het risico op dode Nederlandse militairen wordt dan een stuk hoger. De Tweede Kamer schrikt daarvoor terug, dus het is nog geen beklonken zaak.

Henk Kamp staat altijd pal achter zijn manschappen en hij is dan ook populair bij de troepen. Die populariteit kon wel eens snel omslaan in het tegendeel als blijkt dat hij ze naar een gebied heeft gestuurd waar de ene na de andere makker sneuvelt.
Het is dezelfde minister die graag een stelletje dure kruisraketten wil aanschaffen om daarmee te kunnen 'opereren in het hoogste niveau van het geweldsspectrum'. Met andere woorden: voor Kamp is oorlogvoeren 'serious business' en geen veredeld padvinderen zoals we tot dusver bij vredesoperaties deden. Jaap de Hoop Scheffer, onze nationale Navo-ijzervreter vanachter een bureau, dringt eveneens aan op Nederlandse deelname. De heren nemen dus op voorhand in principe honderden doden voor hun rekening. Want als je elfhonderd militairen stuurt is het 'worst case scenario' dat er elfhonderd het loodje leggen. Even afstand nemen dus om weer bij zinnen te komen.

Nog leerzamer zou zijn wanneer beide bewindslieden eens een maandje meedraaien in bijvoorbeeld het Israëlische leger. Als bijscholingscursus zogezegd. Samen op patrouille in de bezette Palestijnse gebieden. Dan kunnen ze fijn opereren in een hoger geweldsspectrum dan ze nu op hun kantoor doen.
Lekker 's nachts in het enge stikkedonker op patrouille, een paar vervelende Palestijnse leiders afknallen, af en toe eens wat mensenrechten schenden, voortdurend in je broek schijten voor de kogel die op je loert, gezellig van deur tot deur huizen doorzoeken of daar terroristen thee zitten te drinken. Met in je oren natuurlijk dat voortdurende wijvengekrijs vanonder een hoofddoek en jankende kindertjes die je haten. En niet te vergeten dat geweten hè, dat altijd maar knagende geweten...
Henk en Jaap merken dan hoe het is om tussen de troepen de staan in plaats van pal erachter, je handen vuil te moeten maken omdat je superieuren vinden dat dit alles de goede zaak dient.

En als ze dan al na drie dagen denken: "Wat doe ik hier? Waar ben ik in godsnaam mee bezig?", ja, dán zijn ze rijp om hun plannen over de de troepenzending naar Afghanistan te heroverwegen.

Tags: