de laatste restjes verslaving

Zaterdag 04 Oktober 2003 in categorie Klein Proza

Ik inhaleer de rook niet, maar laat de warmte ervan altijd een moment mijn keel koesteren. De psychologie beweert dat het een substituut is voor de moedermelk. Als dit waar is zal mijn moeder indertijd heel wat met mij te stellen hebben gehad, want ik rook zware shag.
Ik moet deze kinderachtige gewoonte eindelijk eens afleren. Dat is met duimzuigen ook gelukt, dus waarom dan niet met roken?

Tjonge, dat valt tegen. Lange rijen rationele argumenten wegen in de praktijk onvoldoende op tegen het primitief genot van de verslaving. Rokers sterven jonger en roken veroudert de huid, staat er op de pakjes. En ook mijn zaad schijnt er wat suffig van te worden. Tja, dat moeten wij natuurlijk allemaal niet hebben... Maar daar staat tegenover dat ik mijzelf niet blootstel aan risico's als parachutespringen, bungeejumpen of aandelen kopen via LegioLease... Dus dat compenseert dan weer, qua levensverwachting, zou je zo zeggen... Toch?

Nou vooruit, niet zeuren, stoppen met die handel, want roken brengt de financiële gezondheid ernstige schade toe! Dat vind ik eigenlijk voor de korte termijn nog wel het meest overtuigende argument.
Ik besluit het laatste pakje zware shag dat ik nog heb op te roken en daarna gewoon niets meer bij te kopen. Klaar uit. Afgelopen.
Gelukkig ontdek ik daarna her en der in het huis nog diverse lege verpakkingen met restjes tabaksgruis. Dat moet natuurlijk ook eerst allemaal op. Ik moet immers voorkomen dat ik later nog eens in de verleiding wordt gebracht.

Zodra je trek krijgt in een sigaret moet je een afleidende bezigheid gaan zoeken, zeggen ze. Komaan, laat ik de kruipruimte onder het huis eens gaan schilderen. Ik trek een oude werkbroek aan. Ho, wacht! In de linker broekzak bewaarde ik altijd mijn shag. Ja, zie je wel, zit er verdorie nog een flink laagje verpoederde tabak in! Maar goed dat ik dat bijtijds ontdek! Ik keer de broekzak voorzichtig binnenstebuiten en houd er een vloeitje onder. Zo, even rollen, de brand erin en oproken, dan kan dat ook geen kwaad meer. Weg met die troep.
Eens zien, waar zou nog meer iets kunnen liggen? Tussen de kussens van de bank? Of misschien in de stofzuigerzak! Nee, dat gaat te ver. Dan kan ik beter de peuken uit de autoasbak ontrafelen en hergebruiken. Dat levert trouwens nog behoorlijk straf spul op heb ik gemerkt! Dat kan nooit gezond zijn!

Maar goed, nu is echt alles op. Ben ik nu van het roken af? Ik test dit door zonder te roken een stukje over roken te schrijven. Dat lukt, alleen staat nu mijn pen per ongeluk in brand.
verschenen in nieuwsbrief nr 125 van het literair tijdschrift OpSpraak

№ 02